Oral history interview met een vrouw, geboren in 1925 en afkomstig uit een links georiënteerd gezin. Haar vader komt uit een anarchistisch nest, haar moeder uit de hoek van de Sociaal Democratische Arbeiders Partij (SDAP). De ouders van CPN09 scheiden als ze nog jong is en CPN09 gaat met haar zus bij haar moeder wonen.In de jaren dertig worden Duits-Joodse vluchtelingen bij hen thuis opgevangen. Als ze vijftien is, wordt ze lid van de Communistische Partij Nederland (CPN) en actief bij de Haarlemse verzetsgroep Raad van Verzet (RVV), samen met haar zus. Ook Hannie Schaft maakt deel uit van deze gewapende groep. De vrouwen flyeren, plakken pamfletten, verspreiden illegale kranten en voeren ook liquidaties uit. De RVV gaat in 1944 op in de Binnenlandse Strijdkrachten en ze krijgen opdrachten van een andere leiding. CPN09 is op verschillende adressen ondergedoken geweest.Na de oorlog gaat ze bij de Politieke Opsporingsdienst (POD) werken. Samen met Ans Rosendahl, inspectrice van de politie in Haarlem, rekent zij Nederlanders in die 'fout' waren geweest in de oorlog. Ze brengt meermalen twijfels over haar latere opdrachtgevers van de Binnenlandse Strijdkrachten ter sprake (later de 'Velser Affaire' genoemd). Dit leidt uiteindelijk tot haar vertrek bij de POD. Haar periode bij het verzet en de 'Velser Affaire' hebben tot op heden invloed gehad op het leven van CPN09.De aanleiding voor dit interview was het Aletta project om levensverhalen van vrouwen vast te leggen die (actief) lid waren van de Communistische Partij Nederland (CPN) en tenminste 14 waren toen de Tweede Wereldoorlog aanving.
Date Submitted: 2010-05-20
Tijdens de oorlog hadden communisten een grote rol in de illegaliteit. Na de oorlog verdween echter hun aureool van moed en verzet al snel onder invloed van de Koude Oorlog.In dit project zijn de persoonlijke ervaringen van een aantal CPN-vrouwen op beeld vastgelegd. Openhartig vertellen ze over hun politieke overtuiging, het lidmaatschap van de Communistische Partij Nederland, de Tweede Wereldoorlog en de jaren erna, toen de CPN in een isolement raakte.In veel gevallen waren de vrouwen al vroeg bewust van de opkomst van het fascisme. Vanaf 1933 maakten zij mee hoe Duitse vluchtelingen werden opgevangen door familie of bekenden. Velen raakten een paar jaar later betrokken bij de Spaanse Burgeroorlog. Verzet bieden tegen de Duitse bezetter was voor hen een vanzelfsprekende keuze.In de interviews vertellen zij over hun ervaringen als koerierster, distributeur van bonnenkaarten of bezorger van de illegale Waarheid. In sommige gesprekken gaat het ook over het gewapend verzet, internering en onderduik. Kenmerkend is dat alle vrouwen nadrukkelijk praten over de consequenties van dit alles voor hun verdere (politieke) leven. De oorlog bleek voor vrijwel alle vrouwen richtinggevend.