In opdracht van de Gemeente Venray heeft het onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie (BAAC bv) een archeologisch onderzoek uitgevoerd te Oirlo, Gemeente Venray. Aanleiding voor het onderzoek is de geplande nieuwbouw van woonhuizen op het terrein. Dit heeft als gevolg dat de eventueel in de bodem aanwezige resten verstoord gaan worden.Het onderzoeksterrein is gelegen aan de zuidoostrand van de bebouwde kom van Oirlo. Het terrein was ten tijde van het onderzoek in gebruik als grasland. Het terrein ligt circa 150 m ten zuidoosten van de middeleeuwse dorpskerk van Oirlo. Op de Indicatieve Kaart Archeologische Waarden (IKAW) van de RACM staat voor het onderzoeksterrein een hoge archeologische verwachting aangegeven.In 2007 zijn proefsleuven in het plangebied gegraven. Tijdens dit onderzoek werden weinig grondsporen ontdekt. Opvallend was de relatief grote hoeveelheid aardewerk die aangetroffen werden tijdens de aanleg van de sleuven. Het vermoeden bestond dat op het grootste deel van het onderzoeksgebied eventueel aanwezige sporen niet of nauwelijks herkenbaar waren. Op basis van het vondstmateriaal en de veronderstelling dat er slecht herkenbare sporen aanwezig waren werd besloten tot een vervolgonderzoek.Het onderzoeksgebied bestond uit twee deelterreinen; deelgebied A diende in zijn geheel opgegraven te worden. In deelgebied B moest een proefsleuf aangelegd worden waarna een selectieadvies gegeven diende te worden. Tijdens het onderzoek bleek echter dat er zeer weinig sporen aanwezig waren, in totaal werden slechts 15 sporen aangetroffen. Ondertussen was duidelijk geworden dat in het onderzoeksgebied onder het esdek een akkerlaag uit de Vroege en Volle Middeleeuwen aanwezig was. In deze akkerlaag werd veel aardewerk aangetroffen die daar waarschijnlijk terecht zijn gekomen door bemesting.Aangezien de aard van de vindplaats bekend was en het volledig opgraven van deelgebied naar verwachting weinig extra gegevens zou opleveren is in overleg met de bevoegde overheid en de adviseur daarvan besloten om deelgebied A niet volledig op te graven. In de proefsleuf werden eveneens geen sporen aangetroffen, geadviseerd wordt om in deelgebied B geen vervolgonderzoek te laten plaatsvinden.