Het onderzoeksterrein maakt deel uit van Camping Zuiderzee te Medemblik. De eigenaar van dit terrein, dhr. R. van Leeuwen, is van plan om op het terrein een recreatiepark te realiseren, voorzien van zomerhuisjes, waarbij een aantal waterpartijen tussen geplande huisjes zullen worden aangelegd. De geplande bodemingrepen zouden de mogelijk aanwezige archeologische resten in het terrein kunnen verstoren.In opdracht van de gemeente Medemblik is door Buro Vijn te Oenkerk een bestemmingsplan opgesteld ten behoeve van de herinrichting van dit gebied. In het kader van dit bestemmingsplan is een bureau-onderzoek uitgevoerd door het Steunpunt Cultureel Erfgoed Noord-Holland. De conclusie van dit rapport is dat er een grote kans bestaat op het aantreffen van goed geconserveerde archeologische sporen. Op basis hiervan werd aanvullend onderzoek in de vorm van proefsleuven en boringen noodzakelijk geacht. Door Buro Vijn is deze opdracht toegekend aan Archaeological Research & Consultancy (ARC bv). Het veldonderzoek vond plaats op 19 en 20 oktober 2006.Conclusie en aanbeveling:Het onderzoek heeft geen aanwijzingen opgeleverd voor sporen ouder dan de 16e-eeuwse molens en de tussenliggende dijk. De plannen zoals die er nu liggen gaan uit van een gedeeltelijke ophoging van het terrein en een gedeeltelijke afgraving van het terrein in de vorm van waterpartijen. De nu gevonden molenrestanten liggen in de op te hogen gedeeltes en zullen niet worden bedreigd. Verder onderzoek is hier niet noodzakelijk. Wat betreft de dijk wordt aanbevolen om de ontgraving van de waterpartijen archeologisch te begeleiden, waarbij een doorsnede van de dijk kan worden gedocumenteerd, zoals ook al is voorgesteld in het door RAAP opgestelde PvE.Voor sporen ouder dan de molens is noch in het proefsleuvenonderzoek noch het booronderzoek een indicatie aangetroffen. De funderingsresten van twee molens en een dijk zijn behoudenswaardige vindplaatsen. In de directe omgeving liggen meerdere van degelijke molens, waarmee deze objecten in een bredere context van waterstaatkundige werken kunnen worden geplaatst.Alleen de dijk tussen de molens komt nog voor verdere bestudering in aanmerking. Aanbevolen wordt het PvE te volgen, wat voorstelt om tijdens het ontgraven van de geplande waterpartijen deze ontgraving ter plaatse van de dijk te begeleiden om zo een dwarsprofiel van de dijk te kunnen bestuderen. Vooropgesteld dat er op de locatie van de beide molens geen bodemverstorende ingrepen plaatvinden, kan het terrein derhalve worden vrijgegeven.
Date: 2006
