Inventariserend veldonderzoek - verkennende fase Driesteek 7 te Zutphen, gemeente Zutphen (GD)

DOI

Laagland Archeologie heeft in april 2022 een Inventariserend veldonderzoek - verkennende fase uitgevoerd aan de Driesteek 7 te Zutphen. Het onderzoek vond plaats in verband met de ruimtelijke procedure rondom de bouw van drie nieuwe woningen. Het onderzoek is uitgevoerd conform protocol SIKB KNA 4003. In een eerder stadium is in de directe omgeving reeds een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek – verkennende fase uitgevoerd. Het hier uitgevoerde booronderzoek is een voortzetting op dit onderzoek. Op basis van het eerdere bureauonderzoek worden resten uit de periode Laat-Paleolithicum tot en met de Nieuwe Tijd verwacht. Tijdens het voorgaande booronderzoek is consequent een puinhoudende (opgebrachte/verstoorde) laag van ongeveer 1 m dik aangetroffen, waaronder een C-horizont van matig fijn, zwak-matig siltig, roesthoudend zand is aangetroffen. Voor het toenmalige plangebied werd op basis van dit booronderzoek geen nader onderzoek aanbevolen, aangezien een potentieel archeologisch niveau niet kon worden vastgesteld. In de huidige planvorming is sprake van nieuwbouw op een drietal percelen in de onmiddellijke nabijheid. De gemeente heeft aangegeven dat op deze drie nieuwe locaties verkennende boringen nodig zijn om vast te stellen in welke mate het oorspronkelijke bodemprofiel nog intact is. Het hier uitgevoerde verkennende booronderzoek heeft tot doel het eerder opgestelde verwachtingsmodel te toetsen en zo nodig aan te vullen. Hiertoe zijn verspreid over de toegankelijke delen van de bouwlocaties verkennende boringen gezet (drie per nieuwbouwlocatie). In dit stadium is verkennend booronderzoek de meest efficiënte onderzoekswijze om de archeologische potentie van het plangebied in kaart te brengen. Uit het verkennend booronderzoek blijkt dat ook hier sprake is van een tot in de C-horizont vestoord bodemprofiel. De kans dat het gebied nog archeologische resten met een intacte archeologische context bevat wordt daarom laag geacht. Op basis van de resultaten van het veldonderzoek wordt geadviseerd geen archeologisch vervolgonderzoek in het plangebied uit te voeren en het plangebied vrij te geven voor het aspect archeologie. Dit advies is in handen van de bevoegde overheid, de gemeente Zutphen. De gemeente wordt hierin vertegenwoordigd door haar deskundige, M. Groothedde. Mochten tijdens de werkzaamheden onverhoopt toch archeologische resten worden aangetroffen, of resten waarvan redelijkerwijze kan worden vermoed dat het om archeologische resten gaat, dan geldt op grond van de Erfgoedwet (art. 5.10) een meldingsplicht. Dit kan bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE, www.cultureelerfgoed).

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/AR/MG5YOL
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/AR/MG5YOL
Provenance
Creator Brouwer, E.W.
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor Brouwer, E.W.
Publication Year 2024
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact Brouwer, E.W. (Laagland Archeologie)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/pdf
Size 1750276
Version 1.0
Discipline Humanities