Waterleiding Cothen-Doorn, gemeenten Wijk bij Duurstede en Utrechtse Heuvelrug

DOI

In april 2022 heeft Antea Group een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied ‘waterleidingen Cothen – Doorn’ tussen Cothen en Doorn (gemeenten Wijk bij Duurstede en Utrechtse Heuvelrug). Aanleiding voor het onderzoek is de aanleg van twee waterleidingen tussen Cothen en Doorn. Bij de aanlegwerkzaamheden kunnen eventuele archeologische waarden worden verstoord. Het archeologisch onderzoek dient als onderbouwing voor de ruimtelijke procedure. Een bureauonderzoek is de eerste stap binnen de Archeologische Monumentenzorg. Voor het plangebied geldt een onderzoeksplicht conform het beleid van de gemeenten Wijk bij Duurstede en Utrechtse Heuvelrug.

In het noordelijke deel, gelegen op de zuidelijke gradiënt van de Utrechtse Heuvelrug geldt een middelhoge tot hoge verwachting op resten vanaf het paleolithicum tot en met de middeleeuwen. Op basis van historische kaarten wordt er geen bewoning uit de nieuwe tijd verwacht.

Op lokaal hoger gelegen delen in de vlakte ten zuiden van de stuwwal, zoals dekzandruggen en uitlopers daarvan, geldt een middelhoge verwachting op resten vanaf het neolithicum tot en met de middeleeuwen. Het is vooralsnog onbekend of en waar dergelijke dekzandruggen aanwezig zijn. Op basis van historische kaarten wordt ook hier geen bewoning uit de nieuwe tijd verwacht. Ter hoogte van de Langbroekerdijk kunnen bewoningsresten uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd verwacht worden. De overige delen van de vlakte hebben een lage verwachting. Waarschijnlijk waren deze delen te nat om aantrekkelijk te zijn voor bewoning. Op de oeverwallen van de verschillende stroomgordels (Afbeelding 5) worden resten vanaf respectievelijk het laat neolithicum, de bronstijd en/of de ijzertijd tot en met de middeleeuwen verwacht. Ook hier worden op basis van de historische kaarten geen bewoningsresten uit de nieuwe tijd verwacht.

Advies. Omdat er een middelhoge en hoge kans is op het aantreffen van archeologische resten binnen het plangebied, adviseert Antea Group om binnen deze zones met middelhoge en hoge verwachting het plangebied een inventariserend veldonderzoek d.m.v. boringen, verkennende fase, uit te voeren op de locaties waar graafwerkzaamheden dieper dan 30cm -mv gepland zijn. Binnen de delen met een lage verwachting dienen controleboringen uitgevoerd te worden om de aan- of afwezigheid van dekzandruggen of nog onbekende (delen van) stroomgordels of crevasses vast te stellen.

Hierbij dient te moeten opgemerkt dat ter hoogte van het AMK-terrein in het zuiden van het plangebied, zeer waarschijnlijk rekening gehouden dient te worden met vervolgonderzoek. Derhalve zou ervoor gekozen kunnen worden ter plaatse van het AMK-terrein de stap van het verkennend booronderzoek over te slaan en gelijk een proefsleuvenonderzoek (eventueel in de vorm van een archeologische begeleiding) te adviseren. Bovenstaande is een advies; het hierop nemen van een selectiebesluit is voorbehouden aan de bevoegde overheid, in deze de gemeenten Utrechtse Heuvelrug en Wijk bij Duurstede.

Revisiebeheer. Een eerdere versie van deze bureaustudie (rev00) is voorgelegd aan en beoordeeld door de bevoegde overheden. In de onderhavige rapportage (rev01) zijn de op‐ en aanmerkingen verwerkt.

Antea Group Archeologie 2022/86

Projectnummer: 437806 ISSN: 1570-6273

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/AR/IFVQGO
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/AR/IFVQGO
Provenance
Creator Van Looveren, V.
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor Fleuren, I.; Antea Group
Publication Year 2022
Rights CC-BY-NC-SA-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by-nc-sa/4.0
OpenAccess true
Contact Fleuren, I. (Antea Group)
Representation
Resource Type tekst; Dataset
Format application/pdf
Size 11884291
Version 1.0
Discipline Humanities
Spatial Coverage Oosterhout