De aanleiding tot het uitvoeren van een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) vormt de ontwikkeling van bedrijvenpark ‘De Boschkamp’ op een plangebied ten oosten van de stadskern van Hardenberg.De gemeente Hardenberg heeft de realisatie van een bestemmingsplan en de coordinatie van het project in handen gelegd van SAB B.V. te Arnhem. In opdracht van SAB B.V. is het archeologisch onderzoek uitgevoerd door Archaeological Research& Consultancy (ARC bv) te Groningen. Het IVO bestaat uit een bureauonderzoek, uitgevoerd door mw. drs. S.A.Mulder en een veldonderzoek door middel van grondboringen, dat is verricht door mw. drs. M. Essink en B. Schomaker, uitgevoerd op maandag 10 oktober 2005.Het bureau-onderzoek heeft geen directe aanwijzingen opgeleverd voor de aanwezigheid van archeologische resten in plangebied ‘De Boschkamp’ te Hardenberg. Wel is er een aantal archeologische vondsten bekend uit de directe omgeving. Uit het archeologisch veldonderzoek is gebleken dat de bodem in het grootste deel van het gebied verstoord is. Het dekzand, de natuurlijke ondergrond in dit gebied, is afgetopt. Dit bevestigt de lage archeologische trefkans voor het grootste deel van het terrein.Echter, in boring 6, 7, 11 en 15 lijkt nog een deels intact podzolbodemprofiel aanwezig te zijn en is de bodemopbouw dus (grotendeels) intact. Waarschijnlijk betreft het hier een dekzandrug. Ook in boring 5, met het veenpakket, is de bodemopbouw intact. Dit deel van het onderzoeksgebied komt ongeveer overeen met het gedeelte met middelhoge archeologische trefkans. Uit het bureau-onderzoek is gebleken dat in de nabije omgeving vondsten zijn gedaan uit de periode Neolithicum–Bronstijd. Het is niet uit te sluiten dat er op de dekzandrug in het onderzoeksgebied vergelijkbare vondsten aan te treffen zijn.Desondanks is na overleg met en op gezag van de Provinciaal Archeoloog van Overijssel, mw. drs. S.Wentink, besloten om geen archeologisch vervolgonderzoek voor dit deel van het terrein aan te bevelen. De kans op het aantreffen van archeologica in het overige deel van het onderzoeksgebied lijkt klein. Er hoeft derhalve ook daar geen archeologisch vervolgonderzoek uitgevoerd te worden. Mochten er tijdens de aanleg van het bedrijvenpark toch nog archeologische vondsten aangetroffen worden, dan dient hiervan melding gemaakt te worden bij de Provinciaal Archeoloog.
Date: 2005
