Waarde – Emanuëlpolder Natuurvriendelijke oevers: Nolleweg Locatie 15. Gemeente Reimerswaal.

DOI

Op basis van de beschikbare aardwetenschappelijke, archeologische en historische gegevens is in het archeologisch bureauonderzoek een gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel opgesteld. Daaruit komt naar voren dat de verwachte bodemopbouw in het plangebied vanaf het maaiveld bestaat uit jonge zeeklei, gerekend tot het Laagpakket van Walcheren op afzettingen van het Hollandveen Laagpakket op mariene afzettingen van het Laagpakket van Wormer (deels oude zeeklei en zand) op Basisveen Laagpakket op pleistoceen dekzand behorende tot het Laagpakket van Wierden.Door deze ontwikkeling gold er op basis van het bureauonderzoek een middelhoge archeologische verwachting voor het aantreffen van vindplaatsen uit het Paleolithicum, het Mesolithicum en het Vroege/ Midden-Neolithicum (niveau pleistoceen dekzand), een middelhoge verwachting voor het Laat-Neolithicum (niveau van de bovenzijde van het Laagpakket van Wormer), een lage verwachting voor de Bronstijd en een middelhoge verwachting voor de IJzertijd en Romeinse Tijd (niveau Hollandveen Laagpakket). Voor de Vroege Middeleeuwen gold een lage verwachting en voor Late Middeleeuwen en Nieuwe Tijd gold een middelhoge verwachting op het aantreffen van vindplaatsen (niveau Laagpakket van Walcheren, Duinkerk II/III afzettingen).Het inventariserend veldonderzoek had tot doel de verwachte bodemopbouw binnen het plangebied (locatie 15) te controleren, de gaafheid ervan te verifiëren en zodoende het verwachtingsmodel te toetsen en waar nodig bij te stellen. Het was niet gericht op het opsporen van eventuele vindplaatsen. Tijdens het veldonderzoek zijn 27 verkennende boringen (tot maximaal 4 meter beneden maaiveld) uitgevoerd binnen het plangebied met een lengte van circa 1080 meter.De verwachting voor de perioden vroege prehistorie tot een met het Midden-Neolithicum kon vanwege de grote diepteligging van mogelijke vindplaatsen uit deze perioden op het pleistocene dekzand niet worden getoetst. Het dekzandniveau ligt ruim beneden de maximale boordiepte van het onderzoek en de geplande verstoringsdiepte van de civiele werkzaamheden.Voor het niveau Hollandveen (Brons- en IJzertijd, Romeinse Tijd) en het niveau onderzijde Laagpakket van Walcheren (Vroege Middeleeuwen) geldt dat daar waar het veen en bovenliggende kleidek intact is, ter hoogte van boringen 3, 9, 11, 13, 17 en 27 (zie de afbeeldingen 24 en 25), eventueel aanwezige vindplaatsen verstoord kunnen raken bij de graafwerkzaamheden. Het Hollandveen ligt op deze locaties op een diepte vanaf ca. 1,20 meter beneden maaiveld (ca. 1,60 meter –NAP).Voor de Late Middeleeuwen geldt een lage trefkans op het aantreffen van vindplaatsen. Voor de Nieuwe en Nieuwste tijd geldt een middelhoge verwachting op het aantreffen van vindplaatsen (Stoofweg en bebouwing hierlangs). Deze worden verwacht in de in/op het Laagpakket van Walcheren aangetroffen oude cultuurlaag.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zn2-z7ve
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-zn2-z7ve
Provenance
Creator S. Depuydt
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor J.E.M. Wattenberghe; Artefact! Advies en Onderzoek in Erfgoed
Publication Year 2017
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact J.E.M. Wattenberghe (Artefact)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/pdf; text/xml
Size 13211380; 10515; 8342; 1028; 11924
Version 1.0
Discipline Humanities