Eindrapportage archeologisch vooronderzoek (15483A.002) Schatbergstraat 81 te Lichtenvoorde

DOI

Gespecificeerde archeologische verwachtingOp basis van het archeologisch bureauonderzoek heeft het plangebied een middelhoge verwachting op het voorkomen van archeologische resten uit de perioden Laat-Paleolithicum t/m de Middeleeuwen. Het plangebied ligt namelijk op de zuidflank van een dekzandrug van aanzienlijke omvang, waar ook het merendeel van de bebouwde kom van Lichtenvoorde op ligt. Deze dekzandruggen hadden een gunstige ligging voor Jager-Verzamelaars (Laat-Paleolithicum t/m Vroeg-Neolithicum) als tijdelijke nederzettingslocatie (jachtkampementen). Ook voor Landbouwers waren de dekzandruggen de meest gunstige locaties. De grootte van de dekzandruggen vormde voldoende areaal aan goed ontwaterde gronden. Tevens zijn deze gronden voor langere tijd in gebruik geweest als oude bouwlandgronden die direct buiten de dorpskern van Lichtenvoorde lagen (worden ook wel aangeduid als enken, essen of kampen). Wel is het zo dat er binnen het onderzoeksgebied geen archeologische complexen bekend zijn, en dat bij geen van de uitgevoerde onderzoeken zijn archeologische vindplaatsen aangetroffen. Voor de periode Nieuwe tijd is de verwachting laag. Geraadpleegd historisch kaartmateriaal laat zien dat het plangebied gedurende de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw een gebruik gekend als (hakhout)bos en vanaf de jaren ’30 van de 20e eeuw werd het gebruik als (boeren)erf, tot aan de bouw van de bestaande basisschool in de jaren ’70 van de 20e eeuw. De verwachting is dan ook dat er binnen het plangebied vrij veel moderne bouw- en inrichtingswerkzaamheden hebben plaatsgevonden.Resultaten inventariserend veldonderzoekDe resultaten van het inventariserend veldonderzoek (IVO, verkennende fase) bevestigd de verwachting dat er reeds diepgaande en vermoedelijk omvangrijke bodemverstorende ingrepen/vergravingen hebben plaatsgevonden. Verstoringen reiken tot een variërende diepte tussen minimaal 95 en maximaal 180 cm -mv, gemiddeld tot 135 cm -mv, met hieronder een scherpe overgang direct naar de C-horizont (dekzandafzettingen). Slechts bij twee boringen, gelegen op ruime afstand van elkaar, is nog een dun restant van de van nature gevormde veldpodzolbodem aangetroffen. Het geeft geen aanleiding voor de aanwezigheid van een terreindeel van enige omvang waar nog sprake is van een (deels) intacte bodemopbouw. In het algemeen kan gesteld worden dat graafwerkzaamheden zijn uitgevoerd die reiken tot voorbij het archeologisch potentiële vondst-/sporenniveau. ConclusieGeconcludeerd wordt dat er op basis van de resultaten van het booronderzoek er geen aanwijzing zijn om nog intacte restanten van een archeologische vindplaats binnen het plangebied te verwachten. Er zijn dus geen gevolgen voor de voorgenomen bodemingrepen. De gespecificeerde archeologische verwachting op basis van het bureauonderzoek, waarbij een middelhoge verwachting gold voor de perioden Laat-Paleolithicum t/m Middeleeuwen, kan dan ook worden bijgesteld naar een lage verwachting. Voor de periode Nieuwe tijd was de verwachting laag en blijft laag.AdviesOp grond van de resultaten van het bureau- en veldonderzoek adviseert Econsultancy om, ten aanzien van de geplande bodemingrepen, in het kader van de Archeologische Monumentenzorg (AMZ), geen vervolgonderzoek te laten plaatsvinden. Binnen het plangebied hebben reeds diepgaande en vermoedelijk omvangrijke bodemverstorende ingrepen/vergravingen plaatsgevonden, waardoor er geen in situ gelegen archeologische waarden meer worden verwacht. Er is geprobeerd een zo gefundeerd mogelijk advies te geven op grond van de gebruikte onderzoeksmethode. De aanwezigheid van archeologische sporen of resten in het plangebied kan nooit volledig worden uitgesloten. Mochten tijdens de graafwerkzaamheden toch archeologische waarden worden aangetroffen, dan dient hiervan melding te worden gemaakt conform artikel 5.10 van de Erfgoedwet uit juli 2016 bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed).

Date Accepted: 09-12-2021

Date Accepted: 2021-12-09

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zs5-r7f6
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-zs5-r7f6
Provenance
Creator EMILE ten Broeke
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor E.M. Broeke, ten; EMILE ten Broeke (Econsultancy); Econsultancy
Publication Year 2021
Rights DANS Licence; info:eu-repo/semantics/restrictedAccess; https://doi.org/10.17026/fp39-0x58
OpenAccess false
Contact E.M. Broeke, ten (Econsultancy)
Representation
Resource Type Dataset
Format text/xml; application/pdf
Size 9318; 9512401; 9243; 1094; 5205
Version 1.0
Discipline Humanities