ADC ArcheoProjecten voert een inventariserend veldonderzoek uit op de locatie Hugo de Vriesweg 8 te Almere, gemeente Almere. De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen bouw van een kas. Op basis van het bureauonderzoek werden archeologische waarden verwacht in de top van het dekzand, in laat-glaciale bodems die zich in het bovenste deel van het dekzand kunnen bevinden, in getijdenafzettingen van de laagpakketten van Wormer en Walcheren, in het Hollandveen Laagpakket en de Flevomeer laag, in de Almere- en Zuiderzee laag en in de IJsselmeer laag (vliegtuigwrakken). Teneinde deze verwachting te toetsen en aan te vullen is in het plangebied een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Uit de boringen is gebleken dat de bovengrond bestaat uit een bouwvoor waarin de IJsselmeer laag is opgenomen. Onder de bouwvoor is de Zuiderzee laag aanwezig, die wordt opgevolgd door de Flevomeer laag. Onder de Flevomeer laag is een meters dik kleipakket van het Laagpakket van Wormer aanwezig, die kort onderbroken wordt door een dunne laag rietveen. Onder het laagpakket van Wormer bevindt zich een bosveen laag die behoort tot het Basisveen. Onder het bosveen bevinden zich fluvio-periglaciale afzettingen (Formatie van Boxtel). In de kleipakketten die tot het Laagpakket van Wormer behoren zijn geen lagen aangetroffen die duiden op de aanwezigheid van een potentieel bewoonbaar niveau. In de top van de fluvioperiglaciale afzettingen zijn geen aanwijzingen voor bodemvorming aanwezig. Geconcludeerd wordt dat het plangebied deel uitmaakte van een relatief laaggelegen Pleistoceen landschap. Resten gerelateerd aan scheepsvaart vanaf de Late Middeleeuwen zijn niet uitgesloten, maar dit betreft toevalsvondsten en de kans hierop is laag.