Op de Cultuurhistorische waardenkaart van de gemeente Groningen ligt het plangebied in een Archeologische zone Wierdengebied (objectnummer 106751). De voorschriften voor deze zone zijn verankerd in het bestemmingsplan Zernike Campus Groningen (vastgesteld d.d. 30-10-2019), waarin voor het plangebied een dubbelbestemming ‘Waarde - Archeologie 2’ geldt. Het beleid schrijft voor dat er bij bodemingrepen groter dan 200 m2 en dieper dan 30 cm -mv een archeologisch onderzoek dient te worden uitgevoerd. De omvang van plangebied bedraagt 2020 m2 en de diepte van de ingrepen zal naar verwachting meer dan 30 cm –mv bedragen. De ingrepen zijn daarmee groter dan de vrijstellingsgrens. Een archeologische onderbouwing met betrekking tot de eventuele aanwezigheid van archeologische waarden is daarom verplicht conform het vigerend beleid.Op basis van de landschappelijke ontwikkeling was het gebied vanaf de ijzertijd geschikt voor (permanente) bewoning. Permanente bewoning in het Noord-Nederlandse kustgebied gaat terug tot in de 7e of 6e eeuw v. Chr. Met uitzondering van de 4e eeuw n. Chr., als grote delen van het kustgebied ontvolkt raken, wordt voor deze volledige periode continue bewoning verondersteld. Aangezien het kweldergebied tot de late middeleeuwen onbedijkt was, woonden de vroegere bewoners op kunstmatig opgeworpen woonheuvels of terpen of wierden.Op basis van de gebiedsgegevens geldt voor het plangebied een hoge verwachting voor archeologische resten uit de periode ijzertijd, Romeinse tijd, middeleeuwen en nieuwe Tijd. In de kleiafzettingen kunnen (overslibde) resten uit de ijzertijd/Romeinse tijd worden aangetroffen. Resten uit de middeleeuwen en nieuwe Tijd kunnen in de top van de kleiafzettingen worden verwacht. Er worden voornamelijk aan wierden gerelateerde resten verwacht. Vooral waar vegetatiehorizonten niet mooi gelaagd maar vlekkerig of rommelig zijn, is mogelijk sprake van bewoningsactiviteiten.Op basis van eerder onderzoek zijn archeologisch relevante resten uit diverse perioden direct onder of op enige diepte onder de bouwvoor te verwachten. Op basis van gegevens uit het DINOloket ligt het pleistocene oppervlak op een diepte groter dan 6 m. Eventuele resten uit de steentijd zullen daardoor niet verstoord worden bij de voorgenomen werkzaamheden. Aangezien in het plangebied afdekkende kleipakketten aanwezig zijn en gezien de resultaten van eerdere onderzoeken in de directe omgeving van het plangebied en de bodemsamenstelling (klei) is waarschijnlijk sprake van een goede conservering van de archeologische resten.Op basis van de resultaten van het onderzoek blijkt dat in het plangebied (mogelijk) archeologische resten bedreigd worden door de voorgenomen bodemingrepen. Daarom wordt geadviseerd om de plannen zodanig aan te passen dat verstoring wordt voorkomen. Indien planaanpassing niet mogelijk is, wordt aanbevolen in het kader van de bestaande planvorming de onderstaande vervolgstap uit het proces van de Archeologische Monumentenzorg (AMZ) te nemen.

Date Submitted: 2022-05-12