Vestigia Archeologie & Cultuurhistorie heeft in opdracht van de gemeente Renswoude een archeologisch bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek door middel van verkennende boringen verricht voor een plangebied aan De Hokhorst te Renswoude, gemeente Renswoude (kaart 1, afbeelding 1). De basisschool Borgwal zal worden verplaatst naar deze locatie, samen met een kindcentrum (kinderdag- verblijf), en mogelijk een kerkgebouw. Verder zal een schoolplein en een parkeerplaats worden aangelegd, en de benodigde riolering, kabels en leidingen etc. Het plangebied heeft een oppervlakte van ca. 1,5 hectare en is momenteel deels verhard (parkeerplaats), en deels braakliggend. Onbekend is nog tot welke exacte diepte hier de mogelijke ingrepen zullen reiken, maar gezien de voorgenomen ingrepen zal deze naar verwachting tot in de archeologisch relevante lagen reiken. Voorafgaand aan de ingrepen dient in kaart te worden gebracht of er mogelijk archeologische waarden in het geding zijn. Het plangebied heeft op basis van het bureauonderzoek een verhoogde archeologische verwachting op het in situ aantreffen van archeologische vondsten en sporen vanaf het Laat-Paleolithicum/Neolithicum tot en met de Late Middeleeuwen. Het plangebied ligt op de overgang van een dekzandrug naar een beekdal, en is iets hoger gelegen dan het omringende gebied ten noorden en oosten van het plangebied. Binnen het plangebied kunnen dekzandkopjes worden aangetroffen die mogelijk in het verleden een aantrekkelijke locatie zijn geweest voor bewoning. Vervolgens is een verkennend booronderzoek uitgevoerd, dat tot doel had de specifieke archeologische verwachting te toetsen. Hiermee is bepaald of zich binnen het onderzoeksgebied (behoudenswaardige) archeologische resten (zouden kunnen) bevinden, die tegen de achtergrond van de bodemingrepen gevaar lopen. Volgens de Bodemkaart van Nederland zijn in het plangebied beekeerdgronden en mogelijk laarpodzolgronden aanwezig. Vanuit het verkennend veldonderzoek is gebleken dat in het oostelijke deel inderdaad beekeerdgronden aanwezig zijn (geweest) maar dat de bodemopbouw hier tot in de C-horizont verstoord is. De eerdgrond heeft een sterk vlekkerig karakter met gele en bruine kleuren waardoor geconcludeerd is dat er geen intacte eerdgrond meer aanwezig is. De overgang naar het onderliggende dekzand (C-horizont) is in bijna alle boringen scherp, waarbij de top van de C-horizont is afgeschoven dan wel opgenomen in de eerdgrond. Ook in het centrale en westelijke deel van het plangebied zijn verstoringen aangeboord. In geen van de boringen is hier een intact bodemprofiel waargenomen. Hoewel niet het doel van de verkennende fase van het onderzoek is wel gelet op de aanwezigheid van archeologische indicatoren. Deze zijn niet aangetroffen.
Issued: 2016-10-25