Archeologisch onderzoeksbureau IDDS Archeologie heeft op 6-7-2020 een Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. proefsleuven uitgevoerd aan de Voorstraat 69-71 in Noordwijk, gemeente Noordwijk. De vraagstelling van het onderzoek is gericht op het inzicht verschaffen in de archeologische relicten in het plangebied. Bij afwezigheid van archeologische resten dient daarvoor een verklaring gegeven te worden.
De aanleiding voor dit onderzoek is de geplande herinrichting van de huidige tuin met een zwemvijver en een verhoogd terras. Voor de zwemvijver wordt over een oppervlakte van ongeveer 60 m2 ontgraven tot ongeveer 1,88 m mv (ca. 3,03 m peil). Voor het terras wordt over een oppervlakte van ongeveer 90 m2 ontgraven tot ongeveer 1,20 m peil. De locatie van de zwemvijver is geheel als proefsleuf beschouwd. Afhankelijk van de resultaten van de proefsleuf kon worden doorgestart naar een archeologische opgraving van het terras.
In de proefsleuf zijn 24 sporen aangetroffen. Het merendeel van deze sporen betreft puinkuilen uit de Nieuwe Tijd. Het vondstmateriaal dat is aangetroffen dateert voornamelijk uit de 17e en 19e eeuw. Door de gegraven puinkuilen is het prehistorische niveau grotendeels verstoord. Op het prehistorische niveau is één dateerbaar spoor aangetroffen, een waterkuil. Enkele andere sporen zijn op basis van het gebrek aan vondstmateriaal niet te dateren. Uit de waterkuil kwamen acht fragmenten aardewerk met een datering in de Late Ijzertijd. De waterkuil is een indicatie dat er in de Late Ijzertijd activiteiten in het plangebied hebben plaats gevonden. Door de hoge mate van verstoring als toedoen van de gegraven puinkuilen zijn deze activiteiten verder niet meer te reconstrueren.
De vindplaats uit de Nieuwe Tijd en de vindplaats uit de Late Ijzertijd zijn gewaardeerd conform KNA 4.1. Hieruit blijkt dat de vindplaatsen een lage waardering hebben, waardoor deze niet behoudenswaardig worden geacht. In overleg met het bevoegd gezag heeft daarom geen doorstart naar een opgraving plaatsgevonden.
