RAAP Archeologisch Adviesbureau heeft op 4 maart 2011 een archeologische begeleiding uitgevoerd in verband met de aanleg van een nieuwe omleidingsloot en het verbreden van een bestaande sloot in de gemeente Schouwen-Duiveland.

De aanleg van de nieuwe sloot is over een lengte van 40 m onder archeologische begeleiding uitgevoerd, tot aan de aansluiting met de bestaande sloot. De bestaande sloot is over een lengte van 35 m aan de noordkant met maximaal 2 m verbreed. De archeologische begeleiding heeft plaatsgevonden op meer dan 80 m afstand van de vermoedelijke vindplaats.

Uit de archeologische begeleiding blijkt dat slechts gedeeltelijk sprake is van een intact bodemprofiel. Het profiel is tot in de veraarde top van het veen verstoord. De verklaring hiervoor is waarschijnlijk in landbouwactiviteiten te vinden. De top van het veen zal naar verwachting ook in de wijdere omgeving aangetast zijn. Mogelijk houden de aangetroffen spikkels verbrande leem (‘huttenleem’) verband met de verstoring. Indien een archeologische vindplaats aanwezig is in de zone ten westen van het archeologisch begeleide gebied, dan strekt de vindplaats zich niet verder naar het oosten uit. De archeologische begeleiding heeft geen vondstmateriaal opgeleverd dat aan een in de nabijheid gelegen vindplaats uit de IJzertijd of Romeinse tijd gekoppeld kan worden. Opgemerkt dient te worden dat een eventueel op het veen aanwezige vindplaats naar verwachting aangetast zal zijn, zoals uit de profielen in het archeologisch begeleide gebied blijkt.