In opdracht van Verhoeven Milieutechniek BV heeft ADC ArcheoProjecten een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Carvonestraat 2 in Kesteren (gemeente Neder-Betuwe). In het plangebied zal de bestaande bebouwing worden gesloopt en zal nieuwbouw worden gerealiseerd. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een projectprocedure ten behoeve van een wijziging in het bestemmingsplan en was noodzakelijk om te bepalen of bij de voorgenomen activiteiten de kans bestaat dat archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.Op basis van het bureauonderzoek werden op of in de top van de Kesterense en/of Herveldse en Liendense stroomgordel archeologische resten vanaf het Laat-Neolithicum verwacht. Vondsten in de omgeving van het plangebied tonen aan dat op de oeverafzettingen, van vermoedelijk de Herveldse en Liendense stroomgordel, menselijke activiteiten plaats vonden vanaf de Midden-Bronstijd. Zo zijn er onder meer aanwijzingen voor begravingen in de periode Midden-/Late-IJzertijd en Romeinse tijd.Hoewel de archeologische resten afgedekt kunnen zijn door latere rivierafzettingen, moet in ieder geval ter plaatse van de funderingen van het huidige gebouw rekening worden gehouden met een sterk verstoorde bodem.Teneinde deze verwachting te toetsen werd in het plangebied een verkennend booronderzoek (specificatie VS03) uitgevoerd, dat later is aangevuld met een karterend booronderzoek.Tijdens het veldonderzoek is vastgesteld dat oever- op beddingafzettingen van de Kesterense stroomgordel aanwezig zijn. In één boring zijn op een diepte van ca. 140 cm -mv wat houtskoolspikkels aangetroffen in de oeverafzettingen van de Kesterense stroomgordel. Het gaat echter om zeer weinig materiaal, dat gemakkelijk verspoeld kan zijn. Aangezien de houtskoolspikkels slechts in één boring zijn aangetroffen, wordt de kans op een archeologische vindplaats hier klein geacht.In boring 5 is op 90 cm -mv een klein stukje (deels) verbrand bot aangetroffen. En in boringen 2 en 5 is op 50 en 45 cm -mv een fragment baksteen aangetroffen. Het bot en baksteen zijn waarschijnlijk afkomstig van op het land gebracht materiaal en huishoudelijk afval van het dorp Kesteren. Dit materiaal wordt veel aangetroffen rondom oude dorpen. Aangezien dit materiaal niet meer in situ aanwezig is, heeft het weinig archeologische waarde. Aanwijzingen voor begravingen en andere off-site fenomenen zijn niet aangetroffen.Aangezien geen duidelijke aanwijzingen voor archeologische waarden zijn aangetroffen, adviseert ADC ArcheoProjecten om het terrein vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling. Het is echter niet volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij het bevoegde overheid, zoals aangegeven in artikel 53 van de Monumentenwet.
Een Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van een verkennend en karterend booronderzoek