BAAC heeft voorafgaand aan onder meer de vervanging van de huidige spooroverweg en spooroversteek naar het midden perron door een nieuwe onderdoorgang een archeologisch vooronderzoek in de vorm van een inventariserend veldonderzoek (verkennend booronderzoek) uitgevoerd in het plangebied Spoorzone te Rijen. Het onderzoek is gefaseerd uitgevoerd waarbij in 2022/2023 het bureauonderzoek is uitgevoerd en in 2024 het verkennend booronderzoek.
Uit het bureauonderzoek blijkt dat het plangebied op Vroeg-Pleistocene afzettingen van de Formatie van Sterksel ligt. Deze afzettingen worden afgedekt door dekzandafzettingen (Formatie van Boxtel, Laagpakket van Wierden). In de top van het dekzand liggen naar verwachting deels hoge zwarte enkeerdgronden en deels laarpodzolgronden. Uit historisch kaartmateriaal blijkt dat het plangebied al vanaf tenminste de 19e eeuw onderdeel was van de doorgaande weg van Rijen naar Dongen en Gilze. Langs deze weg, buiten de grenzen van het plangebied, ligt bebouwing met een mogelijke oorsprong in de (late) middeleeuwen. Ten noorden van het plangebied is een vondst uit de prehistorie gedaan die mogelijk wijst op de aanwezigheid van een grafveld uit die periode.
Op basis van het bureauonderzoek is in het plangebied sprake van een middelhoge verwachting op het aantreffen van vindplaatsen van jager-verzamelaars uit het midden-paleolithicum tot en met het neolithicum en een hoge verwachting op vindplaatsen van landbouwende samenlevingen uit het neolithicum tot en met de volle middeleeuwen. Daarnaast geldt er een hoge verwachting op het aantreffen van historische resten uit de (late) middeleeuwen tot en met de nieuwe tijd. Resten vanaf het midden-paleolithicum liggen in de sterk variabele top van de rivierafzettingen uit de Formatie van Sterksel. Archeologische resten vanaf het laat-paleolithicum kunnen worden aangetroffen in de top van de dekzandafzettingen indien deze aanwezig zijn, of in de top van de grofzandige rivierafzettingen. Resten uit de nieuwe tijd worden vanaf maaiveld of onder recente ophoogpakketten verwacht.
Op basis van het verkennend booronderzoek blijkt dat binnen het plangebied een natuurlijke ondergrond van rivierafzettingen (Formatie van Sterksel) aanwezig is. De top van de intacte C-horizont ligt op 40-70 cm -mv. Acht boorprofielen bevatten (sub-)recente verstoringslagen. De verstoringen reiken tot diep in de C-horizont en hebben eventuele archeologische lagen verstoord (120-200 cm -mv).
Om deze reden wordt geadviseerd de geplande bodemingrepen binnen de bij het veldonderzoek geboorde zone vrij te stellen van een archeologisch vervolgonderzoek. Voor de rest van het plangebied blijft de in het bureauonderzoek gestelde (middel)hoge archeologische verwachting gehandhaafd.
In overleg met de initiatiefnemer heeft de initiatiefnemer het rapport ter goedkeuring voorgelegd aan de bevoegde overheid. Het rapport is 4 juli 2024 na de doorvoering van enkele aanpassingen goedgekeurd door de bevoegde overheid.