In opdracht van Arcadis heeft het onderzoeks- en adviesbureau BAAC een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd voor Transformatorstation Geertruidenberg 380kV te Geertruidenberg. De aanleiding voor het bureauonderzoek is het mogelijk vervangen van funderingen, het graven van secundaire kabelsleuven en het vervangen van bestaande olieleidingen op twee onderzoekslocaties in Transformatorstation Geertruidenberg 380kV.
Op basis van het bureauonderzoek geldt voor het gehele plangebied een middelhoge verwachting op het aantreffen van archeologische resten uit het laat-paleolithicum/mesolithicum tot en met vroege middeleeuwen. Voor de volle middeleeuwen tot en met de nieuwe tijd B geldt een hoge verwachting. Het gaat daarbij om twee complextypen. In de eerste plaats om bebouwing van religieuze en aristocratische aard zoals kapellen, kloosters en omgrachte woonplaatsen (fundamenten, grachten) evenals inhumatiegraven. In de tweede plaats is er een hoge kans op het aantreffen van resten van militaire bouwwerken en ingravingen uit de Tachtigjarige Oorlog, zoals schansen en grachten. Voor de nieuwe tijd C geldt een lage archeologische verwachting, aangezien er op oud kaartmateriaal geen sprake is van bebouwing of andere complextypen.
Archeologische resten uit het laat-paleolithicum tot en met de nieuwe tijd worden binnen het plangebied verwacht vanaf 2 à 2,5 m -mv. Op de hoogtekaart en op oud kaartmateriaal is namelijk zichtbaar dat het plangebied voorafgaand aan de bouw van het transformatorstation in z’n geheel is opgehoogd.
Uit aanvullende informatie over de toekomstige werkzaamheden blijkt dat de bodem tot maximaal 80 cm -mv geroerd zal gaan worden bij de aanleg van secundaire kabelsleuven. De huidige betonnen poerenfundering zal bovengronds worden versterkt met een metalen constructie. De te vervangen olieleidingen liggen op maximaal 1,0 m -mv. Eventueel aanwezige archeologische waarden worden dan ook niet bedreigd door de voorgenomen bodemingrepen. BAAC adviseert daarom geen aanvullende archeologische onderzoeken uit te laten voeren. Wel blijft de archeologische dubbelbestemming voor het plangebied behouden. Bij toekomstige bodemingrepen binnen het plangebied die dieper reiken dan 200 cm -mv is het advies de werkzaamheden archeologisch te laten begeleiden, conform het protocol proefsleuven.
Adobe acrobat document, 9.0
