Mevrouw Geerligs-Gerritsen werd in 1932 geboren in de Gijsingstraat in Rotterdam. Haar vader werkte als vertegenwoordiger van een boekhandel en haar moeder was kraamverzorgster. Tijdens de oorlogsjaren lagen vlakbij het huis twee schuilkelders en in de school in de buurt waren Duitse soldaten gelegerd. Op het moment van het bombardement op 31 maart 1943 had mevrouw Geerligs-Gerritsen Franse les in de school tegenover haar huis. Het was zo donker dat ze het huis niet kon zien, waardoor ze met een klasgenootje op straat bleef. Haar moeder stuurde haar met een vluchtkoffertje naar een tante in de buurt. Het huis is verwoest door brand. Haar moeder verleende EHBO-hulp aan slachtoffers van het bombardement. Het gezin verbleef na het bombardement twee maanden bij familie in Utrecht, waarna het terugkeerde naar Rotterdam. Haar ouders verleenden nu en dan hulp bij verzetsactiviteiten. Door de oorlog is de schoolperiode van mevrouw Geerligs-Gerritsen enkele malen onderbroken, maar zij heeft hier geen groot nadeel van ondervonden. Mevrouw Geerligs-Gerritsen praat met oude contacten weinig over het bombardement, maar wel over de saamhorigheid in de wijk voor en tijdens de oorlogsjaren.
Op 31 maart 1943 vertrok een grote groep Amerikaanse bommenwerpers uit Engeland voor een missie boven Nederland. Doelwit was de haveninstallaties rond Rotterdam. Door slecht weer, moeilijke navigatie, de betrekkelijk hoge aanvliegroute en een sterke wind aan de grond kwamen ongeveer 70 zware brisantbommen terecht op de woonwijk Bospolder-Tussendijken. In de bedrijvige en dichtbevolkte buurt werden vrijwel alle huizen verwoest of beschadigd. Branden, die door de sterke wind werden aangewakkerd, konden moeilijk worden geblust vanwege een tekort aan water. De hulpverlening had door de paniek en de chaos weinig structuur. Bij het bombardement kwamen 326 Rotterdammers om. Honderden gewonden en duizenden daklozen moesten in de toch al moeilijke oorlogsomstandigheden worden opgevangen.Dit project heeft ooggetuigen van toen aan het woord gelaten. Hun verhalen brengen dit 'vergissingsbombardement' tot leven, laten zien wat de persoonlijke gevolgen waren en welke betekenis deze gebeurtenis had voor de sociale verbondenheid in de wijk. Ook komt de vraag aan de orde wat dit geallieerde bombardement betekende voor de anti-Duitse gezindheid van de betrokkenen.