Plangebied Nijkerkerveen te Nijkerkerveen

DOI

In opdracht van de gemeente Nijkerk heeft ADC ArcheoProjecten een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Nijkerkerveen (deelgebied A uit het reeds uitgevoerde bureauonderzoek) in Nijkerkerveen (gemeente Nijkerk). In het plangebied zal herontwikkeling in de vorm van nieuwbouw plaatsvinden. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een projectprocedure ten behoeve van een wijziging in het bestemmingsplan en was noodzakelijk om te bepalen of bij de voorgenomen activiteiten de kans bestaat dat archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.Op basis van een in 2009 door Nederpelt et al. eerder uitgevoerd bureauonderzoek werden in het noordelijke deel goordeerdgronden verwacht. Deze gronden komen met name voor in de laaggelegen en natte delen in het landschap en waren voorheen bedekt met een pakket veen. Hier worden archeologische resten verwacht uit het Laat-Paleolithicum tot en met het Neolithicum in het oorspronkelijk dekzandlandschap en resten vanaf de Middeleeuwen aan het maaiveld. In het centrale en zuidelijke deel werden op de iets hoger gelegen gronden waarschijnlijk laarpodzolgronden gevormd. Hier werden archeologische resten verwacht vanaf het Laat- Paleolithicum tot en met de Nieuwe tijd.Teneinde deze verwachting te toetsen werd in het plangebied een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Tijdens het veldonderzoek is vanaf een gemiddelde diepte van 100 cm -mv en dieper intact dekzand (Formatie van Boxtel, Laagpakket van Wierden; C-horizont). Hierop is een ca. 50 cm dikke omgewerkte menglaag van de onderliggende C-horizont en de bovenliggende lagen aanwezig. De grijze en bruine vlekken in deze laag wijzen er mogelijk op dat in het dekzand podzolering heeft opgetreden. Nu is dat echter geheel omgewerkt. Vanaf gemiddeld 50 cm -mv tot aan het maaiveld wordt gevormd door de bouwvoor. Met name ter hoogte van de sportvelden hebben recente ophogingen plaatsgevonden. Het veldonderzoek heeft aangetoond dat in het plangebied de bodem dusdanig is verstoord, dat geen intacte archeologische resten meer verwacht worden. Ook wordt de kans op de aanwezigheid van archeologische resten klein geacht, aangezien in het verleden het gebied waarschijnlijk te nat was om te vestigen. ADC ArcheoProjecten adviseert derhalve om het terrein vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling. Het is echter niet volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij de bevoegde overheid, zoals aangegeven in artikel 53 van de Monumentenwet.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-29f-javs
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-29f-javs
Provenance
Creator ADC ArcheoProjecten; J.A.G. van Rooij
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor R.H. Veer, van 't; ADC ArcheoProjecten
Publication Year 2011
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact R.H. Veer, van 't (Vrije Universiteit Amsterdam)
Representation
Resource Type Dataset
Format text/xml; application/vnd.ms-excel; application/pdf
Size 7058; 7138; 11264; 1997; 5298; 917006
Version 1.0
Discipline Humanities