In opdracht van Projectbureau Herstructurering Tuinbouw Bommelerwaard heeft BAAC bv (onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie) te ‘s-Hertogenbosch op 12 november 2012 een proefsleufonderzoek uitgevoerd in plangebied Vreedstraat te Bruchem gemeente Zaltbommel. Het doel van dit onderzoek was het aanvullen en toetsen van de gespecifi eerde archeologische verwachting, zoals geformuleerd in het booronderzoek. Het gaat om gebieds- of vindplaatsgericht onderzoek binnen een gebied waar bodemingrepen staan gepland. Het plangebied maakt deel uit van het 2,1 ha grote, archeologische monument (nr. 4203, toponiem Vreedstraat/Geerweg, de Weeswoord) van hoge archeologische waarde (45A- 030). Vermoedelijk is hier een nederzetting gelegen uit het laat-neolithicum en uit de periode van de Romeinse tijd tot en met de vroege middeleeuwen.In totaal zijn twee proefsleuven aangelegd (afb. 2.1). Uit het onderzoek dat tot nu toe in het plangebied is uitgevoerd, blijkt dat het plangebied ligt op de kruising van verschillende nevengeulen van de stroomgordel van Bruchem. Vermoedelijk was bij de ontginning van het gebied in de middeleeuwen deze restgeul nog deels in het landschap zichtbaar. De nog aanwezige laagte is vervolgens gebruikt om de Burgegraaf in aan te leggen. Het proefsleuvenonderzoek heeft uitgewezen dat zich in het oostelijk deel van het onderzochte terrein een begraven bodemlaag bevindt waarin vondsten uit de Romeinse tijd zijn aangetroffen. Sporen van bewoning waaraan het vondstmateriaal is te koppelen zijn niet aangetroffen. Wel is een mogelijke onderkant van een kuil aangetroffen die mogelijk aan activiteit in de betreffende periode is toe te schrijven. Verder zijn vier greppels aangetroffen, waarvan de datering onduidelijk is, maar die vermoedelijk na de Romeinse tijd gedateerd moeten worden. Het vondstmateriaal en de eventuele kuil representeren mogelijk off-site activiteit van bewoning verder zuidoostwaarts op de stroomruggrond. De datering van het aardewerk als geheel lijkt de gehele tweede eeuw na Chr. te beslaan. Het lijkt dan ook waarschijnlijk dat de bijbehorende menselijke activiteit in de omgeving in deze periode heeft plaatsgevonden. De vindplaats wordt op grond van fysieke en inhoudelijke kwaliteit niet als behoudenswaardig aangemerkt. De archeologische resten representeren mogelijke bewoning die buiten het plangebied, namelijk ten zuidoosten hiervan, heeft plaatsgevonden.
Date: 2013-04