Op basis van het bureauonderzoek blijkt dat voor het noordelijke deel van het plangebied, gelegen op een plateauterras, een middelhoge archeologische verwachting geldt voor vuursteenvindplaatsen uit de periode midden- en laat-paleolithicum tot en met het mesolithicum en voor nederzettingsresten uit de periode vanaf het neolithicum tot en met de nieuwe tijd. Voor het zuidelijke deel van het plangebied, gelegen binnen een afbraakwand, geldt een lage archeologische verwachting voor vuursteenvindplaatsen uit de periode midden- en laat-paleolithicum tot en met het mesolithicum en voor nederzettingsresten
uit de periode vanaf het neolithicum tot en met de nieuwe tijd.
Ter plaatse van de huidige bebouwing zal het plangebied tot zekere diepte zijn verstoord. De diepte van de aanwezige funderingen zijn niet bekend, maar zullen naar verwachting tot tenminste circa 0,8 meter –mv reiken. De diepte van de toekomstige verstoring ten behoeve van de nieuwbouw zal circa 1,0 meter –mv reiken (onderzijde fundatiebalk). Aangezien resten in het noordelijke deel van het plangebied vanaf het maaiveld verwacht kunnen worden, wordt de kans klein geacht dat onder de huidige bebouwing nog intacte archeologische resten aanwezig kunnen zijn, hoewel dit niet kan worden uitgesloten.
Bovendien zal dit noordelijke deel ook zijn verstoord als gevolg van de aanleg van kabels en leidingen en de aanwezige waterplas.
Voor het plangebied wordt om bovenstaande redenen geen archeologisch vervolgonderzoek noodzakelijk geacht.
Selectie advies gemeente Heerlen: “Vervolgonderzoek acht ik op deze locatie niet zinvol omdat het noordwestelijke deel al verstoord is ten gevolge van de aanleg van een
buffer. In het gebied tussen het bestaande pand en de weg zijn kabels en leidingen aanwezig. De aanlegdiepte hiervan is niet bekend, maar zal naar verwachting ook voor verstoring van het bodemarchief gezorgd hebben. Bovendien is de voetafdruk van het nieuwe pand niet zo veel groter dan dat van het te slopen pand. De kenniswinst op deze locatie bij aantreffen van archeologische waarden zal mijn inziens dan ook minimaal zijn”.