Geïnterviewde 10 is geboren op 23 september 1920 in het dorp Ullath, eiland Saparua, Indonesië. Tot ongeveer zijn twaalfde jaar werd hij door familie grootgebracht op het eiland Saparua. Toen hij ontdekte dat zijn ouders in Ullath woonden, keerde hij naar hen terug.In 1938 ging hij in dienst bij het KNIL. In 1941 begon het KNIL aan de voorbereidingen voor de oorlog. Toen de Japanners in 1942 Ambon binnenvielen, vochten KNIL-militairen met hen in het dorp Soya. Vanuit Ambon vluchtte hij terug naar Ullath, om daarna weer naar Ambon terug te keren om te werken met Japanners. Daar begon het werk in het verzet. Australische gevangenen voorzag hij van voedsel en sigaretten.Verdacht van spionage werd hij opgepakt en verhoord door de Kempetai (Japanse militaire politie) in Saparua. Weer vrijgelaten behoedde hij de vrouwen van Ullath voor de Japanners, door hun grond te laten bewerken voor de Japanse voedselvoorziening. Zo konden de vrouwen in het dorp blijven. Later zou hij in Ambon wederom verhoord worden door de Kempetai op verdenking van spionage. Ook daar wist hij weg te komen en keerde na de oorlog terug in Ullath. In 1946 werd hij weer opgeroepen door het KNIL voor vertrek naar Bali. In 1948 was hij betrokken bij de politionele actie in Yogya.Hij vindt het jammer dat alleen de Republiek der Zuid-Molukken destijds is geproclameerd. En niet ook de Noord-Molukken, want juist daar, zegt hij, liggen de vele rijkdommen.
Date Submitted: 2010-05-31