Door De Steekproef bv is een plangebied onderzocht aan de Heskamperweg 8 te Blije in de gemeente Ferwerderadiel. Het betreft een terrein waarop een kuikenstal zal worden bijgebouwd.
In het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel is uitgegaan van een middelhoge kans op archeologische resten uit de steentijd, de bronstijd, de ijzertijd, de Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen. Voor resten uit de late middeleeuwen en de nieuwe tijd geldt een lage verwachting. Resten uit de steentijd werden verwacht in de top van een door veen afgedekt dekzandlandschap.
Om de archeologische verwachting te toetsen zijn in het plangebied zes boringen geplaatst. Uit de resultaten van dit booronderzoek blijkt dat in het plangebied een ongeveer dertig centimeter dikke bouwvoor aanwezig is met daaronder een natuurlijk pakket klei dat naar beneden toe geleidelijk aan overgaat in een veenpakket. Onder het veen is overal dekzand aanwezig. Er is een boorraai uitgezet van vier boringen midden over het plangebied en in eerste instantie van noord naar zuid. In de zuidelijke drie boringen is dekzand aangetroffen op twee tot twee en een halve meter beneden het maaiveld. In de top van dit dekzand zijn geen archeologische indicatoren gevonden. In de meest noordelijke van deze vier boringen bleek echter al op 1,6 meter beneden het maaiveld dekzand aanwezig. In de top hiervan is houtskool aangetroffen. In twee nabij dit boorpunt geplaatste boringen is op ongeveer gelijke NAP-hoogte dekzand aanwezig. Eén van deze twee boringen bevat bovendien eveneens houtskool. In het noordelijke deel van het plangebied ligt derhalve een dekzandkop met in de top van het dekzand houtskool. Dit is een aanwijzing dat hier mogelijk bewoning plaatsvond in de steentijd.
In de top van de overige afzettingen in het plangebied zijn geen archeologische indicatoren gevonden. Ook vuile lagen of vegetatie-horizonten in de klei ontbreken. Dit alles vormt een sterke aanwijzing dat in het plangebied geen bewoningsresten van ná de steentijd verwacht hoeven te worden. Of de op het noordelijke deel aangetroffen houtskooldeeltjes de neerslag vormen van bewoningsactiviteiten in de steentijd kan op basis van de boorgegevens niet bepaald worden. Om deze reden is geen vindplaatsbeoordeling uitgevoerd aan de hand van de waarderingstabel uit de KNA 3.3 (VS06).
Om zekerheid te krijgen omtrent de archeologische betekenis van het in de dekzandkop gevonden houtskool is archeologisch vervolgonderzoek nodig in de vorm van een proefsleuvenonderzoek. Een dergelijk onderzoek is echter pas noodzakelijk indien op het noordelijke deel van het plangebied vlakdekkende bodemingrepen zullen plaatsvinden die dieper reiken dan anderhalve meter beneden het maaiveld. De fundering van de geplande kuikenstal bestaat echter uit stiepen die tot slechts 70 centimeter beneden het 0-peil reiken. Om deze reden geven de resultaten van het onderzoek geen aanleiding om vervolgonderzoek te adviseren.
