ADC ArcheoProjecten heeft in oktober 2019 een Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor de locatie Oud-Alblas, naast Oosteinde 62, gemeente Molenlanden. Aanleiding is de voorgenomen bouw van twee woningen waarbij de bodem meer dan een halve meter diep zal worden vergraven. In het geval van onderkeldering van de woningen zal de bodem tot maximaal 350 cm diepte worden ontgraven. Op basis van het bureauonderzoek kunnen in het plangebied archeologische resten uit de periode Romeinse tijd tot en met de Vroege Middeleeuwen worden verwacht. Deze kunnen zich bevinden in de top van oeverafzettingen van de rivier de Alblas die iets noordelijker heeft gestroomd. De kans op archeologische resten uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd wordt op basis van oude kaarten laag ingeschat. Het plangebied ligt ten zuiden van een strook met terpen langs de Alblas. Eventuele archeologische resten kunnen nog relatief intact zijn gebleven aangezien het plangebied hoofdzakelijk in gebruik is geweest als weiland. Tijdens het veldonderzoek is gebleken dat de ondergrond bestaat uit bosveen (Formatie van Nieuwkoop, Hollandveen Laagpakket) tot in ieder geval 350 cm onder het maaiveld. Het dikke pakket veen wijst op een lange periode van moerassige condities. Aangezien de top van het veen niet veraard is, is er geen sprake van een potentieel bewoningsniveau. In het noordelijk deel van het plangebied komt tussen het veen een inschakeling van komklei voor bestaande uit kalkloze, matig siltige klei. Het veenpakket is overal bedekt door een ca. 1 m dikke laag komklei. Er zijn geen vegetatiehorizonten in de top van de klei aangetroffen die kunnen wijzen op een bewoonbaar niveau. Het komgebied waar het plangebied in ligt, is ongunstig geweest voor bewoning. De oeverwallen van de Alblas die wel bewoond kunnen zijn geweest, liggen blijkbaar meer noordelijk en dus buiten het plangebied. De gemiddeld 40 cm dikke, geroerde bovenlaag wordt geïnterpreteerd als een licht omgewerkte laag komafzettingen. Op basis van de bodemopbouw zijn er in het plangebied geen aanwijzingen gevonden voor de aanwezigheid van een terp en oude bewoningslagen of ophogingslagen uit de Late Middeleeuwen of Nieuwe tijd. Op basis van het veldonderzoek wordt de kans gering geacht dat door de voorgenomen ingrepen tot 350 cm –mv archeologische waarden worden bedreigd.