Voor de verdiepingsslag van de bestaande archeologische beleidsadvieskaarten van de gemeenten Sneek en Wymbritseradiel wordt voor het gebied tussen de RD-coördinaten 165/560 en 180/570 een nieuwe verwachtingskaart (plus toelichting) samengesteld. De nieuwe verwachtingskaart wordt in 2 onderzoeksfasen vervaardigd. Tijdens de 1e fase van het onderzoek wordt in een bureaustudie de verwachtingskaart ('versie 1.0') samengesteld op basis van bestaande geologische en archeologische gegevens. In de vervolgfase worden met een beperkt booronderzoek bepaalde paleolandschappelijke kaartpatronen (bijvoorbeeld geulsystemen) en archeologisch relevante terreinverhogingen (mogelijk overslibde terpen) gecontroleerd in het veld. Tijdens de bureaustudie (dit rapport) worden aan de hand van de bestaande geologische gegevens, maaiveldhoogtegegevens (Actueel Hoogtebestand Nederland: AHN) en (geo)-archeologische basisgegevens (archeologische puntdata) geologische en geolandschappelijke kaarten en profielen opgesteld. Aan de hand van deze kaarten, profielen en kennis over de landschapsgeschiedenis op geologisch laagniveau (mede verkregen uit geoarcheologische 'sleutelsites') is de verwachtingskaart voor het studiegebied opgesteld. De verwachtingskaart betreft de verwachting voor de periode van de IJzertijd tot en met de Vroege Middeleeuwen. Voor de verwachting van oudere archeologische resten in de steentijd is de top Pleistoceenkaart van belang. Deze kaart geeft aan hoe diep het Pleistocene oppervlak ten opzichte van NAP ligt, en waar de top van het Pleistocene oppervlak gerodeerd is door jongere Holocene getijdegeulen (gebied met lage steentijdverwachting). Tijdens het nog uit te voeren vervolgonderzoek zullen de geologische/geolandschappelijke basiskaarten en de verwachtingskaart van deze bureaustudie geverifieerd met een beperkt veldonderzoek. Aanbevelingen voor het uitvoeren van deze vervolgstudie worden gedaan in hoofdstuk 6.