Archeologisch bureauonderzoek en IVO-O Boulevard ong. te Grevenbicht

Het plangebied ligt op het Terras van Geistingen, een laagterras van de Maas uit het Jonge Dryas. Hierin hebben zich naar verwachting ooivaaggronden ontwikkeld. In het verleden is volgens historische kaarten een deel van het plangebied bebouwd geweest, het betreft bebouwing die vermoedelijk dateert uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd. De rest van het plangebied is gedurende de laatste eeuw bebouwd geweest of in gebruik geweest als bouwland. Het plangebied ligt in de historische kern van Grevenbicht en nabij een cluster van oude bebouwing van Opstay. Uit de directe omgeving van het plangebied zijn vijf archeologische vindplaatsen bekend, die gerelateerd kunnen worden aan een Romeins villacomplex en een weg. Op basis van landschappelijke situering, bekende archeologische vindplaatsen, historische kaartanalyse en bekende verstoringen is een lage verwachting opgesteld voor jager‐verzamelaars (paleolithicum‐mesolithicum) en een hoge verwachting voor landbouwers (neolithicum‐nieuwe tijd).

Bij het onderzoek met grondboringen bleek een groot deel van de top van de natuurlijke bodem in het plangebied meer of minder (sub‐)recent omgewerkt. Daardoor wordt de lage verwachting bevestigd voor in situ resten van de jager‐verzamelaars, die normaal ondiep liggen. Voor de eventueel aanwezige resten van landbouwers geldt, dat de verwachting vooral samenhangt met de mate van intactheid van de bodem. Daarnaast is de (vroegere) hoogteligging van het maaiveld relevant en dat hangt samen met de top van het grindpakket dat de basis vormt van het pakket ondiepe natuurlijke afzettingen. Het terrein ligt hoger waar het grind hoger ligt. Op het grind zijn lagen zand en leem afgezet. In het zuidelijke deel is dit fijne pakket het meest intact. Intacte archeologische resten kunnen in dit deel voorkomen vanaf 0,4 m –mv. In het noordelijke deel kunnen de resten vooral tussen 0,4 en 0,8 m –mv verwacht worden, met uitzondering van een kleine zone met diepe omwerking in het centraal-noordelijke deel. Voor het zuidelijke deel geldt na het booronderzoek een middelhoge archeologische verwachting en voor het noordelijke deel een lage.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/AR/3UYDVT
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-cd0e0c06-3dd2-4bf5-8fdb-a738fca9cb10
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:256315
Provenance
Creator Vlieks, N.; Geraeds, J.J.G.; de Kramer, J.
Publisher Data Archiving and Networked Services (DANS)
Contributor Geonius
Publication Year 2022
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0; http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0
OpenAccess true
Representation
Resource Type Dataset
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities