De aanleiding voor het archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) is het voornemen tot nieuwbouw van een woning aan de Wijkstraat te Nieuw-Amsterdam. Om de archeologische waarde van het bouwterrein te bepalen is Archaeological Research & Consultancy (ARC bv) door BNA Architecten te Coevorden benaderd om, conform het verdrag van Malta, door middel van boringen te onderzoeken of er archeologische resten op de bouwkavel te verwachten zijn. Het bureau-onderzoek vond plaats tussen 2 en 6 juni en het veldwerk is door mw. drs. G.M.A. Bergsma en drs. ing. G.J. de Roller uitgevoerd op 7 juni 2005.
Het beeld dat uit het booronderzoek naar voren komt, toont dat er deels een redelijk intacte en deels verstoorde bodem op het onderzoeksterrein aanwezig is. De verstoring bevindt zich in de noordoosthoek van het terrein. Op de rest van het terrein (boringen 3–6) is de B-horizont nog aanwezig en kunnen eventueel aanwezige archeologische resten nog aanwezig zijn.
Gezien de deels intacte bodemopbouw zou een aanbeveling voor een vervolgonderzoek moeten gelden. Echter gezien de geringe afmetingen van het terrein, de vorm en de deels verstoorde bodem zal een vervolgonderzoek middels proefsleuven prakties niet uitvoerbaar zijn. Overwogen kan worden de bouwput onder archeologische begeleiding uit te graven. Voor de defintieve besluitvorming omtrent de archeologische invulling van het terrein wordt verwezen naar de provinciaal archeoloog van Drenthe, dr.W.A.B. van der Sanden.