In het centrum van Stedum is het riool vernieuwd en zijn de wegen heringericht. De
werkzaamheden zijn in twee fasen uitgevoerd. De Hoofdstraat behoorde tot fase 1 en de
Molenstraat en Lellensterweg tot fase 2. Vanwege de hoge archeologische waarde van de
dorpskern van Stedum is door de gemeente Loppersum besloten om de graafwerkzaamheden
archeologisch te laten begeleiden. Deze begeleiding is in 2014 en 2015 door RAAP uitgevoerd.
Tijdens de archeologische begeleiding zijn verschillende archeologische sporen aangetroffen
waaronder ophogingslagen, brandlagen en een plaggenstructuur (waarschijnlijk een huiswierde).
Het wierdepakket was 0,4 tot 2,0 m dik. Verder zijn sloten, kuilen, paalsporen, waterputten, houten
constructies en muurwerk waargenomen. Nabij de kerk zijn menselijke begravingen aanwezig. Het
vondstmateriaal betreft zowel anorganisch (aardewerk, natuursteen, glas en metaal) als organisch
(leer, bot en hout) materiaal. De sporen en vondsten dateren uit de Vroege Middeleeuwen tot en
met de Nieuwe tijd en zijn goed geconserveerd. Ook macroresten zijn goed bewaard gebleven.
Het onderzoek heeft waardevolle informatie over de ontwikkeling van Stedum opgeleverd.
Sporen en vondsten uit de IJzertijd-Romeinse tijd zijn niet aangetroffen, maar mogelijk zijn deze
elders nog wel aanwezig. De bevindingen geven de indruk dat Stedum zich vanaf de Vroege
Middeleeuwen heeft ontwikkeld vanuit twee afzonderlijke terpen. Aan de westzijde bevond zich de
terp onder de Bartholomeuskerk, waarvan aan de westzijde van de Hoofdstraat mogelijk een deel
van de grenssloot uit de Vroege Middeleeuwen is waargenomen. Aan de oostzijde van Stedum
is een plaggenstructuur aangetroffen die vermoedelijk behoort bij een huiswierde. Verwacht
wordt dat deze huiswierde uit de Vroege Middeleeuwen dateert, maar daterend vondstmateriaal
ontbreekt. In het relatief laaggelegen gedeelte tussen de kerkterp en de huiswierde bevond zich
een sloot uit de 13e-14e eeuw. Waarschijnlijk gaat het om het vervolg van de Stedumermaar, dat
vermoedelijk oorspronkelijk in verbinding heeft gestaan met de gracht om het terrein van de borg
Nittersum ten noorden van Stedum.
Ten zuidoosten van de kerk zijn in het tracé menselijke begravingen uit de Late Middeleeuwen
aangetroffen die behoren bij het kerkhof van de Bartholomeuskerk. De Hoofdstraat zal hier op een
later moment zijn verbreed.
Een opmerkelijk fenomeen zijn de brandlaagjes die tijdens het onderzoek zijn waargenomen.
Gedacht werd dat deze mogelijk verband hielden met een historisch bekende stadsbrand uit de
16e eeuw. Het onderzoek heeft echter aangetoond dat het gaat om meerdere brandlagen, die uit
de (Vroege) Middeleeuwen dateren en geen relatie hebben met de historische stadsbrand.