Archeologisch bureauonderzoek Reijer Anslostraat, te Haarlem

In opdracht van Witteveen+Bos heeft Archol BV een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Reijer Anslostraat te Haarlem. Aanleiding voor het onderzoek is het voorgenomen groot onderhoud en de herinrichting van het ca. 230 m lange tracé van de Reijer Anslostraat, P.C. Hooftstraat en Sint Bavostraat. Het plangebied heeft een dubbelbestemming archeologie. Op de beleidskaart van de gemeente Haarlem valt het binnen een zone met een Waarde – Archeologie, categorie 3. Hiervoor geldt dat archeologisch onderzoek verplicht is bij bodemingrepen groter dan 500 m2 die dieper reiken dan 30 cm -mv Doel van het bureauonderzoek is een gespecificeerde archeologische verwachting te geven voor het plangebied door te kijken naar de archeologische verwachting en de opbouw/ intactheid van het landschap. Op basis van het onderzoek kunnen er, landschappelijk gezien, archeologische resten vanaf het neolithicum verwacht worden. Voor het zuiden van het plangebied (Sint Bavostraat en de kruising met Reijers Anslostraat) geldt een hoge verwachting voor archeologische resten uit de ijzertijd -Nieuwe tijd. In het zuidoosten geldt specifiek een grote kans op het aantreffen van resten van de, met 13e tot 18e eeuws afval opgevulde Kapelsbeek. Voor het centrale en noordelijke deel van het plangebied geldt een middelhoge verwachting voor het aantreffen van archeologische resten vanaf het neolithicum tot de Nieuwe tijd. In het noorden van het plangebied worden archeologische resten verwacht vanaf ca. 0,5 m -mv (0,15 m +NAP) en in het zuiden vanaf ca. 0,7 m -mv (0,1 m – NAP). Daarnaast is de bodem binnen het plangebied mogelijk lokaal (tot onbekende diepte) verstoord door moderne activiteiten zoals de aanleg van ondergrondse infrastructuren zoals kabels leidingen en riolering. Omdat de omvang en diepte van de voorgenomen bodemingrepen nog onbekend zijn en de ligging slechts globaal, hanteren we bij de effectbepaling de volgende categorieën bodemingrepen: met een groot oppervlak (bijvoorbeeld vervanging wegdelen met fundering, rioolsleuf breder dan 2 m, meerdere sleuven met een gezamenlijke breedte van meer dan 2 m), smalle lineaire bodemingrepen (rioleringen en drainages smaller dan 2 m) en lokale bodemingrepen (boomgaten, vuilcontainers ed.). Bij het bepalen van het effect op eventueel aanwezige archeologie resten wordt per categorie naar de omvang van de bodemingreep, de verwachtingswaarde en de potentiële informatiewaarde van de eventueel aanwezige archeologische resten gekeken.

Op basis van gespecificeerde archeologische verwachting en de effectbepaling zijn voor het plangebied Reijer Anslostraat de volgende adviezen gegeven.

Geen vervolgonderzoek voor: - Bodemingrepen die niet dieper gaan dan 0,6 m -mv (zeer klein effect op archeologie). - Lokale bodemingrepen dieper dan 0,6 m -mv (klein effect op archeologie, beperkte informatiewaarde), tenzij gelegen direct naast grote of lineaire bodemingrepen (aanvullende, grotere informatiewaarde). - Smalle lineaire bodemingrepen (smaller dan 2 m) dieper dan 0,6 m in geroerde grond (middelhoge en hoge verwachtingswaarde), en in gebieden met een middelhoge verwachting ook in ongeroerde grond omdat sprake is van een eenvoudige bodemopbouw (informatiewaarde bodemopbouw is beperkt).

Vervolgonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek: - Groot oppervlak, (breder dan 2 m) dieper dan ca. 0,6 m -mv in gebieden met een middelhoge verwachtingswaarde. Doel is het vaststellen van de specifieke verstoringsgraad. Indien sprake is van een gemiddelde of beperkte verstoringsgraad, dienen de bodemingrepen archeologisch begeleid te worden (Protocol opgraven, variant archeologische begeleiding).

Vervolgonderzoek in de vorm van een archeologisch begeleiding (Protocol opgraven, variant archeologische begeleiding): - Groot oppervlak, (breder dan 2 m) dieper dan ca. 0,6 m -mv in een gebied met een hoge verwachtingswaarde. - Smalle lineaire bodemingrepen, (smaller dan 2 m) dieper dan ca. 0,6 m -mv in een gebied met een hoge verwachtingswaarde. - Lokale bodemingrepen direct grenzend aan grote bodemingrepen of smalle lineaire bodemingrepen in een gebied met een hoge verwachtingswaarde, en smalle ingrepen in een gebied met een middelhoge verwachtingswaarde en een gemiddelde of beperkte verstoringsgraad. Doel van de archeologische begeleiding is het documenteren en grondsporen en verzamelen van vondsten.

Ondanks dat het bureauonderzoek met alle zorgvuldigheid is opgesteld, is niet uit te sluiten dat in adviesgebieden zonder vervolgonderzoek, toch archeologische resten aanwezig kunnen zijn. Indien er bij de uitvoering van de werkzaamheden onverwacht archeologische resten worden aangetroffen, dan dient hiervan conform artikel 5.10 en 5.11 van de Erfgoedwet melding gedaan te worden bij het bevoegd gezag. Op basis van de bevindingen van dit onderzoek neemt de gemeente Haarlem een formeel besluit. Met betrekking tot deze aanbevelingen dient dan ook contact te worden opgenomen met het bevoegd gezag.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-28x-ej4r
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-mo-fay2
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:234737
Provenance
Creator Beck, T.S.
Publisher Archol BV
Contributor Beck, T.S.; MA T.S. Beck (Archol BV)
Publication Year 2022
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0; http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Text
Format application/pdf
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (4.651 LON, 52.418 LAT); Netherlands; Noord-Holland; Haarlem; Reijer Anslostraat