Tijdens de waarnemingen en boringen bij de vervanging van het riool in verschillende straten van het Statenkwartier zijn op drie plaatsen aanwijzingen gevonden voor archeologische resten.
Het betreft onder meer een vindplaats ter hoogte van het kruispunt Prins Mauritslaan - Van Bleiswijkstraat. De ouderdom van deze vindplaats is onduidelijk, maar zal niet jonger dan vroegmiddeleeuws zijn vanwege de stratigrafische positie ervan in de top van de Laag van Voorburg. Booronderzoek in de omgeving had al eerder aangetoond dat hier mogelijk een vindplaats aanwezig is. Nader onderzoek naar deze vindplaats heeft nog niet plaatsgevonden omdat bodemingrepen tot op heden geen bedreiging vormden.
In de Johan van Oldebarneveltlaan werd binnen het gebied van de vroegmiddeleeuwse nederzetting Frankenslag een bodem met houtskool en een daarin ingegraven greppel waargenomen. Dateerbaar vondstmateriaal ontbrak, maar vanwege de vondstomstandigheden is het aannemelijk dat de bodem en de greppel beide bij deze reeds bekende vindplaats horen.
Iets verderop in dezelfde straat werd in een humeuze bodem in een boring een fragment aardewerk herkend. De datering van dit fragment valt waarschijnlijk in de ijzertijd of Romeinse tijd. Wat voor vindplaats het is, is vooralsnog onbekend.
Een kritische beschouwing van de beschikbare gegevens over het voorkomen van veen in het Statenkwartier laat zien dat de verbreiding zoals nu op de geologische kaart wordt weergegeven op weinig echte bewijzen is gebaseerd. Tijdens de nu uitgevoerde waarnemingen en boringen is vrijwel altijd de top van de Laag van Voorburg aangetoond. Van twee locaties binnen de strandvlakte waar veen voorkomt is bekend dat de opbouw van dit veenpakket pas in de middeleeuwen begon, dus nadat de opbouw van de Laag van Voorburg was afgelopen. De aanwijzingen die nu bestaan voor het veen in dit deel van Den Haag wijzen op een verspreid en geïsoleerd voorkomen ervan.